Jeruzalem tijdens de Corona Crisis - deel 7
24 maart
Vroeg in de
morgen stuurde Kochava (van het Hineni kantoor) mij de lijst van vandaag per
Whatsapp door. Dat gaf mij tijd om de nieuwe contactpersonen in de stadig
groeiende Hineni telefoongroep te zetten en het nieuwe adres op te zoeken.
Rond 10.30 uur
waren de maaltijden weer klaar om rondgebracht te worden. Fijn om twee nieuwe
gezichten te zijn die de twee ‘vaste’ dames kwamen helpen.
Armon haNatsiv
was het eerst aan de beurt met een nieuw adres: Beit Canada – een absorptiecentrum
voor nieuwe immigranten. 200 maaltijden!
Het probleem was
dat de contactpersoon haar telefoon niet opnam en de bewaker het hek niet wilde
opendoen!
Dus reden we maar
naar het volgende adres, waar de contactpersoon verbaasd opkeek dat we 30 maaltijden
kwamen brengen. “Zoveel hebben we niet nodig. Drie misschien? Ik heb geen
ruimte in mijn koelkast voor zoveel eten…”
“O.k., ik geef
jullie 10 stuks en de rest nemen we mee terug naar Hineni.”
In de tussentijd
had Kochava contact gekregen met Ziva van de andere Beit Canada, die beloofde
ons bij de poort op te wachten. “Jullie mogen niet naar binnen!” zei ze. Dus zetten
we de 20 tassen maar op de grond bij de bewaker. Even later kwamen er
Amerikaanse jongelui om het eten naar binnen te dragen.
“Bedankt!” riep
Ziva van een afstand. “We zijn blij met alles wat jullie kunnen missen:
koekjes, cake, etc.”
We waren vlakbij
Hineni toen we bericht kregen dat er een misverstand was geweest bij Beit
Canada Sr. “Kunnen jullie die 20 maaltijden alsnog afleveren?” We wilden niet
nog meer tijd verliezen door extra heen en weer te rijden voor maar 20 maaltijden.
“Dat moet dan maar een andere keer,” besloot ik.
De volgende rit
was naar Pisgat Zeev – 160 maaltijden voor drie adressen.
Dit keer moesten
we ECHT afleveren op Moshe Dayan – 100 maaltijden. Malka vond het prima dat ik
haar foto nam en was dankbaar voor de voedzame maaltijden.
Galina van Hostel
Golden Colony zwaaide enthousiast uit de verte nadat we 30 maaltijden hadden
afgeleverd. “Toda rabba!”
De laatste 30
maaltijden waren dit keer niet voor Hostel Tunik zelf maar werden opgehaald
door iemand van het gemeenschapscentrum die ze zou verdelen onder de
behoeftigen uit de buurt.
Benjamin krijgt de
komende dagen meer en meer uitdagingen te verstouwen. De restricties vanwege
het virus worden nog meer verscherpt en de vrijwilligers vroegen zich af of ze
morgen wel konden komen als het openbaar vervoer ook platgelegd zou worden.
En dan is er natuurlijk
de komende Pesach vakantie.
Het plan is om op
vrijdagmorgen 3 April met de grote Hineni Pesach schoonmaak te beginnen.
Zaterdagavond komt de rabbijn kijken of het restaurant ‘kosjer lePesach’
is. Zondag 5 en maandag 6 april moeten de koks de hele dag in de weer zijn om
vooruit te koken. Een team vrijwilligers begint dat de jaarlijkse 300 Pesach pakketten
samen te stellen die ook rondgebracht moeten worden. Met daarbij nog de extra
maaltijden i.v.m de Pesachdagen, als Hineni dicht is.
Afhankelijk van
wat het stadsbestuur besluit, zal Hineni de drie dagen van de Pesachvakantie
open zijn als gewoonlijk. Ik moet er niet aan denken wat er met de ouderen
gebeurt als ze dicht moeten blijven.
Ik heb contact
met een paar mensen die weer anderen kennen die graag willen komen helpen.
Dit jaar moeten
de Jeruzalemmers meehelpen, omdat er bijna geen Nederlandse vrijwilligers meer zijn.
Corona heeft de stadige vloed Nederlandse vrijwilligers opgedroogd en niemand
weet hoe lang deze situatie nog gaat duren.
In de tussentijd…
proberen wij te doen wat onze hand vindt om te helpen.
Want wij zijn
Zijn maaksel, geschapen in Christus Jezus om goede werken te doen, die God van
tevoren bereid heeft, opdat wij daarin zouden wandelen. Efeze 2:10 HSV
Comments
Post a Comment